-
1 emergence
n. ontdekking, openbaring, verschijning; groei, opkomst[ immə:dzjns]2 het bovenkomen ⇒ het opduiken/opkomen -
2 surface
adj. oppervlakkig--------n. oppervlak, oppervlakte; zijde, kant--------v. aan de oppervlakte komen; verschijnen; bedekken, bestratensurface1[ sə:fis] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 come to the surface • te voorschijn komen, bovenkomenof/on the surface • aan de oppervlakte, op het eerste gezicht————————surface21 aan de oppervlakte komen/treden 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ opduiken, verschijnenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 vlak/glad maken ⇒ polijsten2 bedekken ⇒ bestraten, asfalteren -
3 émerger
émerger (de) [eemerzĵee]〈 werkwoord〉1 opduiken (uit) ⇒ bovenkomen (in), opdoemen (in), uitsteken (boven), aan de oppervlakte komen2 aan het licht komen ⇒ aan de dag treden (uit), te voorschijn treden (uit)v(de) te voorschijn komen (uit)
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский